Op zaterdag 4 juni krijgt Museum Nienoord in Groningen wel een heel bijzonder bezoek: een tank en een pantserwagen met zes militairen van het Johan Willem Friso Regiment brengen een bezoek aan het landgoed. Ze komen niet zomaar langs, maar zijn speciaal uitgenodigd om de vroeg 17de eeuwse portretten, die onlangs zijn geïdentificeerd als hun rechtstreekse voorgangers in hetzelfde Regiment, te bewonderen.
Eminga regiment
Het huidige Regiment Infanterie Prins Johan Willem Friso (RI PJWF) is een Nederlands infanterieregiment en tevens het oudste infanterieregiment van de Koninklijke Landmacht. Het regiment is genoemd naar de Friese stadhouder en militair Johan Willem Friso van Nassau-Dietz (1687-1711). In de 17de eeuw bestond het regiment al, maar was toen bekend onder een andere naam: die van de toenmalige aanvoerder Eminga. Sinds de 19e eeuw hangt een aantal van portretten op Nienoord. De Nienoordse portretten zijn onderdeel van een serie. Speciaal voor deze gelegenheid komen de andere portretten ook naar Nienoord en blijven een aantal maanden op Nienoord te zien. Ze worden aangevuld met hedendaagse portretfoto’s van huidige Regimentsleden. In deze vorm kan de reünie van huidige militairen met hun verre voorgangers doorgaan tot na 28 augustus, als traditiegetrouw ‘Groningens Ontzet’ wordt gevierd.
Gronings Ontzet
Museum Nienoord organiseert de Regimentsontvangst samen met GO350 (Stichting 350 jaar Groningens Ontzet). Van de 17e eeuwse veldheren vocht een aantal in 1672 namelijk nog mee tegen Bommen Berend (Bernhard von Galen, bisschop van Münster). Hiermee haakt het Museum ook in op het thema van de landelijke Dag van het Kasteel 2022: ‘Een ramp is van alle tijden’ (dat thema was al vorig jaar gekozen, dus ruim voor de inval in de Ukraïne). De Borg Nienoord zelf is ook door Bommen Berend belegerd. Nog zichtbare pronkstukken als de erepoort, entreepartijen van de borg, Schelpengrot en sierkanonnen in het park: ze zijn allemaal van vlak na 1672, dus ‘wederopbouwarchitectuur’.
Het ‘rampjaar’ 1672 wordt dit jaar landsbreed herdacht; de staatsvorming van het huidige Nederland hing in 1672 aan een zijden draadje. De reünie van huidige militairen met hun voorgangers 350 jaar geleden, markeert op Nienoord de viering van 350 jaar vrijheid. Portretseries van vroeg 17e eeuwse legereenheden zijn in Nederland zeer zeldzaam, dat dit regiment nog bestaat maakt alles nog bijzonderder. Hun bezoek op 4 juni met een tank en pantservoertuig belooft bovendien een spectaculair beeld. Na de militaire reünie in de Borg is tussen 11 en 15 uur het publiek welkom om de portretten te bekijken en de tank en het pantservoertuig te bezoeken.
Tocht om de Noord
Een volgende bijzonderheid is de aankomst om 12 uur van een groepje wandelaars van Tocht Om De Noord. Zij zijn op 2 juni gestart met het wandelen van de Opmars van de Tocht van Bommen Berend in Coevorden. Ze eindigen op 4 juni hun Opmars bij de Borg Nienoord. Vanuit Coevorden hebben ze het boek: ‘Een Schricklijck Jaer’ meegenomen, dit boek gaat over het rampjaar 1672 in Noord Nederland.
Dit boek overhandigen ze op Nienoord aan twee jonkheren Sickinghe. Zij zijn directe afstammelingen van Sickinghe’s die meevochten tijdens de bevrijding van Groningen en Coevorden. Ook zij verbinden heden en verleden met de 17e eeuwse veldheren portretten. De Tocht van Bommen Berend vindt plaats op 27 en 28 augustus 2022.
De portretten
Voordat Nederland één koninkrijk werd, had elk van de Verenigde Republieken zijn eigen leger. Het Eminga Regiment was het leger van Friesland. Ondanks dat de Nederlanden dus een republiek vormden, stond een regiment als dit meestal wel onder aanvoering van een aristocraat: die had vaak een passende opleiding genoten én… kon geld voorschieten als de soldij niet doorkwam! Zo raakte hij zijn vaste professionals niet kwijt, werd hij niet afhankelijk van tijdelijke huurlingen, en voorkwam hij muiterij in en buiten het leger. Opvallend in deze portretten zijn de blauwe sjerpen. Nassaus blauw vind je bij de Noordelijke stadhouders, de graven van Nassau. Elk gewest had toen zijn eigen leger, met de stadhouder als bevelhebber.
De neef-stadhouder in Holland was ook prins van Oranje, daar vind je oranje sjerpen. Op elk portret hier zie je een kogelhelm op tafel, die is typisch Fries. Dit is dus het Friese regiment. De helm en kleding verwijst naar zo 1630-1640, dan is het Friese regiment vooral druk met de strijd tegen de Spanjaarden. Hendrik Casimir I is dan stadhouder maar we zien hier ook zijn voorgangers, zoals de beroemde Willem Lodewijk, in Fryslân ‘ùs heit’. De meeste portretten zijn van de hand of uit de omgeving van de hofschilder: Wybrant de Geest.
In 1857 noemt jhr Hobbe Baerdt van Sminia zijn 18 zeer zeldzame, vroeg 17e eeuwse kapiteinsportretten op zijn state in Burgum. Zijn dochter Catharina Johanna huwde jhr Johan AEmilius Abraham van Panhuys op Nienoord. De andere portretten vererfden onder Catharina haar gehuwde zusters. Genealoog André Buwalda, conservator Jeroen Punt van het Nationaal Militair Museum en directeur Geert Pruiksma van Museum Nienoord vonden alle 18, over diverse adellijke families vererfde portretten terug. Ze komen allemaal naar Nienoord op één na: die hangt in het pas heropende Paleis Het Loo.
Conservator Jeroen Punt van het Nationaal Militair Museum wees Nienoord erop dat de Regimentsnaam sinds Johan Willem Friso niet gewijzigd is. En dat Johan Willem Friso Regiment bestaat nog. Vandaar de ontvangst op 4 juni. De afgelopen maanden waren de portretten in hun Friese omgeving te zien, in het afgelopen september door de Koning geopende Museum De Tiid in Bolsward.
Meer informatie over Nienoord: www.museumnienoord.nl